Duurzame en innovatieve catering in Brabant: een nieuwe kijk op Brabants eten. Food designer Ralph Geerts gaat met Brabants eten aan de slag, met boeren, chefs én consumenten. Centraal staan culinaire innovatie, duurzaamheid, gastvrijheid.
In 2018, het jaar dat Brabant als 'Europese Regio van de Gastronomie' is uitverkoren, staat ook food designer Ralph Geerts voor nieuwe culinaire uitdagingen. Ralph is de eigenaar van het creatieve cateringbedrijf RAVANELLO. In december 2018, de maand met het thema 'Gastvrijheid', helpt hij Brabant om zich nóg nadrukkelijker te presenteren als innovatieve, duurzame gastronomische provincie. Maar bovenal: als gastvrije provincie.
De uitverkiezing van Brabant heeft flink wat initiatieven in gang gezet. Om te onderstrepen dat deze provincie een leidende rol heeft in het maken en bereiden van eten, waarbij innovatie, gezondheid, duurzaamheid en gastvrijheid centraal staan, krijgt 2018 het thema 'We Are Food' mee.
In het kader van deze campagne is een voor Nederland unieke actie gestart. Uit ruim honderd inzendingen zijn tien ideeën gekozen om de Brabantse foodbranche duurzaam te verbeteren. Tien verschillende 'Brabantse Keukens' brengen in 2018 ieder een maand lang hun innovatieve aanpak in de wereld van voedsel en gastvrijheid voor het voetlicht. Met zijn bedrijf neemt Ralph Geerts de maand december voor zijn rekening onder de noemer 'Gastvrijheid', in samenwerking met NHTV Breda.
“Een begrip waar we een geheel eigen invulling aan gaan geven in de vorm van een pop-up restaurant”, zegt Ralph. “Het doel: bewustwording creëren over regionaal eten. We laten zien hoe je door samenwerking tussen boeren, regionale leveranciers, chefs én consumenten de lokale eetcultuur een gezicht kunt geven. Dat doen we met storytelling, uiteraard gecombineerd met het proeven en beleven van gastvrijheid. Daarnaast willen we verspreid door Brabant vijf talkshows organiseren over gastvrijheid, met als subthema's 'Gezondheid', 'Educatie', 'Media', 'Maatschappij' en 'Producent’.’ Agrifood op z’n best, met andere woorden.
Het is voor Ralph misschien wel de voorlopige bekroning van een hectische carrière in de horeca. Opgegroeid in Bavel ging hij als klein jongetje op zondag met zijn ouders mee naar de kroeg. “Daar stond ik al snel glazen te spoelen.” De liefde voor het barwerk bekoelde toen hij tijdens zijn vmbo-opleiding in aanraking kwam met koken en voedsel. “Het ambacht van kok vond ik geweldig. In de keuken voelde ik mij echt thuis.”
Er volgden tal van gastronomische stages en (bij)banen bij onder andere De Fazanterie in Ulvenhout, twee hotels in Hongarije, restaurant Van Ouds De Brouwers (Bavel) en de sterrenrestaurants Inter Scaldes in Kruiningen, De Gieser Wildeman (Noordeloos) en het Waalrese Treeswijkhoeve. “Een harde leerschool die typisch is voor de horeca. Heel veel uren maken en met vallen en opstaan het vak onder de knie krijgen. Steeds kwam er een laagje bij: eten bereiden werd vérs eten bereiden, de details gingen er toe doen, koken werd een passie, gastvrijheid kreeg een andere invulling. Maar het belangrijkste: het wakkerde mijn creativiteit aan.”
Tijdens de Dutch Design Week kwam Ralph in aanraking met food design. Hij schreef zich in voor de opleiding Food Design & Innovation aan de HAS Den Bosch. “Er ging een wereld voor me open, zeker toen ik stage ging lopen in de food design studio van Katja Gruijters in Amsterdam. Dat was koken tegen het kunstzinnige aan.” In 2010 vervulde Ralph tijdens de Bredase Cultuurnacht zijn eerste eigen creatieve opdracht en maakte een installatie die de groei van mais visualiseerde.
In hetzelfde jaar richtte hij RAVANELLO op. De kracht van het bedrijf is onder meer dat ze zoveel mogelijk met lokale producten werken. De zaken gaan crescendo. Het ondernemersklimaat in de Brabantse agrifoodsector draagt daar volgens Ralph sterk aan bij. “We kennen elkaar allemaal in deze branche, wisselen ideeën en kennis uit. De lijntjes in Brabant zijn helder.”
Gevraagd om culinair Brabant kort en kernachtig samen te vatten, hoeft Ralph niet lang na te denken: “Ontzettend booming en boordevol potentie.” En dat bedoelt de Bredanaar vooral in kwalitatief opzicht: innovatief, duurzaam en gezond gaan steeds vaker hand in hand in de Brabantse restaurants. Traditioneel bourgondische steden als Breda, Den Bosch en Bergen op Zoom timmeren gestaag aan de weg, maar ondertussen ontstaat er ook een nieuwe culinaire dynamiek in industriesteden als Eindhoven en Tilburg, die steeds meer een trendy, urban karakter krijgen. “In Eindhoven zit bijvoorbeeld EMMA. Daar serveren ze ingrediënten rechtstreeks uit de inpandige kas die met Philips ledlights wordt verlicht. Hoe hip wil je het hebben? In Tilburg gebeuren spannende dingen in de Spoorzone. Daar heeft De Houtloods zijn menu gebaseerd op smaaktypen en dat is ook echt een belevenis. Het wordt culinair steeds spannender in Brabant.”
Met één druk op de knop kopieer je gratis de volledige tekst van dit verhaal