Lupine is een droogte-tolerant gewas dat de bodemkwaliteit verbetert, de biodiversiteit vergroot, het gebruik van kunstmest terugdringt én een hoogwaardige plantaardige eiwitbron voor menselijke consumptie levert: dat klinkt als een schot in de roos. Lupine heet dit geschenk uit de hemel, een peulvrucht van eigen bodem. Brabantse boeren zijn enthousiast, te meer omdat hun Peelse zandgrond uitermate geschikt is voor de teelt. Veel mensen kennen lupine alleen als bloem, maar de plant levert ook een bijzonder eiwitrijke peulvrucht. Dat betekent dubbele winst, want lupine is niet alleen goed voor de bodem en biodiversiteit, hij is ook zeer waardevol als voedselbron. Je kunt hem zien als de lokaal verbouwde alternatieve eiwitbron voor soja, die daarnaast ook nog voedingsvezels, B-vitamines en mineralen bevat. Uit onderzoek blijkt dat lupine het cholesterolgehalte en de bloeddruk verlaagt en de darmfunctie verbetert. Het wordt dus tijd dat lupine op ons bord terechtkomt!
Na de bloei krijgt lupine peulen en als het peultje droogt, zitten daar de zaden van de lupineplant in. Die zaden bevatten 40% eiwit, veel vezels en alle essentiële aminozuren. Daarmee is het de perfecte sojavervanger van dichtbij. Met lupine kun je van alles maken: van lupinekoffie tot vleesvervangers. Met de peulen bereid je je eigen groenteburger. Er kan lupinemelk van gemaakt worden of je kunt er, gemalen tot bloem en gries, glutenvrij mee bakken. Henk Kerkers van Bijzonder Brabants uit Deurne is pionier onder de lupinetelers in de Brabantse Peel. Samen met Innovatiehuis de Peel startte hij het initiatief LuPeel, dat de teelt en consumptie van eiwitten van Nederlandse bodem wil stimuleren. Henk Kerkers: “Lokale chef-koks experimenteren nu met lupine als groente in hun gerechten. Ze gebruiken bijvoorbeeld de blaadjes of de jonge peultjes: een mals boontje met een goede bite, lekker in een pokebowl of salade."
Steeds meer consumenten zoeken een alternatief voor vlees en zuivel. Vaak wordt er gekozen voor een product gemaakt van soja. De meeste soja wordt geïmporteerd uit Noord- en Zuid-Amerika. Om minder afhankelijk te zijn van de import is aan alle EU-landen gevraagd een nationale Eiwitstrategie op te stellen. Hierin staan afspraken om meer plantaardige eiwitten in Europa te gaan verbouwen. Door soja van ver weg te vervangen door lokaal geteelde lupinebonen bespaar je op transportkilometers. Het doel van LuPeel is om in 2030 vijfduizend hectare lupine te laten groeien in de Brabantse en Limburgse Peel. Zo dragen we in Brabant een steentje bij aan de nationale Eiwitstrategie. Henk Kerkers: “Op dit moment produceren we te weinig plantaardig eiwit in Europa. Als we de Peel vol lupine zetten, kunnen we hier over tien, honderd en duizend jaar nog steeds gezond eten van eigen bodem.”
Lupine is familie van de erwt en de tuinboon en ideaal als gewasrotatie. De plant is een echte bodemverbeteraar. Hij werkt als natuurlijk stikstoffabriekje. Lupine haalt stikstof uit de lucht en houdt dit samen met zijn wortel en bodembacteriën vast in de bodem als opneembare stikstof. Dit kunnen de planten erna weer gebruiken. Daarnaast zorgt lupine ervoor, in samenwerking met voldoende bodemleven, dat fosfaat en andere mineralen uit de bodem worden vrijgemaakt. Dit maakt bemesting onnodig. Ook zorgt hij voor biodiversiteit; een bloeiende lupine trekt veel insecten. Het is een plant die zich al decennialang thuis voelt in de Peel. Henk Kerkers: “Honderdvijftig jaar geleden werd hier turf gestoken en bleven we achter met een arme zandgrond. Kunstmest was er in die tijd nog niet. Men plantte lupine om de bodem weer vruchtbaar te maken en zo konden de boeren er het jaar daarop weer aardappels poten.”
Door mono-teelt en een beperkt aantal gewassen zie je de vruchtbaarheid van de bodem verminderen. Ook de planten zelf zijn zwakker en minder weerbaar tegen ziektes. Het gevolg is dat er meer kunstmest en gewasbeschermingsmiddelen worden gebruikt. Door lupine als wisselteelt in te zetten, vergroot je de bodemvruchtbaarheid en verklein je het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en kunstmest. Lupine helpt om de bodem weer rijker te maken. De plant heeft nog een bijkomend voordeel. Door zijn lange penwortel kan hij goed tegen droogte. Henk Kerkers: “Afgelopen zomer is het heel droog geweest, onze velden zijn niet beregend en toch hebben we een prachtige oogst.”
Met lokaal geteelde plantaardige eiwitten levert Brabant een bijdrage aan het versnellen van de eiwittransitie, een belangrijke doelstelling in het beleidskader Landbouw en Voedsel. Henk Kerkers: “Er komen steeds meer enthousiaste collega’s. Boeren benaderen ons of ze volgend jaar mee mogen doen. Nu we hen enthousiast hebben, is het zaak dat ook de consument lupine omarmt. Vanuit LuPeel zijn we bezig een afzetketen op te zetten, bijvoorbeeld door samen met lokale productontwikkelaars, hogescholen en koksopleidingen te kijken naar recepturen en producten met lupine. Ook leggen we contacten met fabrikanten en producenten die deze producten kunnen gaan maken. Er is veel belangstelling van marktpartijen om aan de slag te gaan met eiwit van eigen bodem. En er is meer hulp: de provincie (bijvoorbeeld met FoodUp!Brabant), het rijk, kennisinstellingen, netwerken: iedereen wil met ons meedenken. Fijn, want als LuPeel-boer kunnen we het niet alleen. Wij willen duurzaam omgaan met onze grond en bijdragen aan het verkleinen van onze ecologische voetafdruk. Mijn droom is dat ik over tien jaar in Brabant tussen de bloeiende lupinevelden fiets, waarvan we prachtige, plantaardige producten maken.”
Met één druk op de knop kopieer je gratis de volledige tekst van dit verhaal