De ontwikkeling van gloeilampenfabriek naar specialist in gezondheidstechnologie: Philips houdt zich al vanaf de beginjaren bezig met gezondheidszorg.
Het lijkt een hele stap. Maar health zit in de genen van Philips. “Alles wat we doen, staat in het teken om levens van mensen te verbeteren door middel van betekenisvolle innovatie.”
“De ontwikkeling van gloeilampenfabriek naar specialist in gezondheidstechnologie: Philips houdt zich al vanaf de beginjaren bezig met gezondheidszorg.” Hans de Jong, President Philips Nederland, wijst naar een uitgelichte vitrine in het Philips Museum in Eindhoven. Daarin ligt een röntgenbuis die ze al vanaf 1919 in Eindhoven maken.
“Röntgenbuizen komen begin 1900 vooral uit Duitsland. Tijdens de Eerste Wereldoorlog valt die aanvoer stil, net zoals de stroom reparaties. Vooraanstaande röntgenologen vragen of wij die buizen kunnen repareren. Niet zomaar: door het maken van gloeilampen hebben we verstand van elektrotechniek; een röntgenbuis is -net zoals een radiobuis- een elektronenbuis. Na afloop van WO besluiten we die röntgenbuizen zelf te ontwikkelen. Er loopt dus een rechte lijn van die eerste röntgenbuis naar onze huidige Healthcare IT.”
De Jong kan je een kind van Philips noemen. De uitvinding van de cassette, compact disc, dvd, en breedbeeldtelevisie, het eigen platenlabel Polygram: hij maakt het allemaal van nabij mee. Hij is geboren in Den Helder (1957). "Inderdaad, een zoon van een marineman.” Lang woont hij niet in zijn geboortestad. Zijn vader vaart vaak uit. Het gezin verhuist maar liefst zeven keer binnen Nederland, en resideert ook een paar jaar in Engeland. “Daarom ben ik waarschijnlijk zo behept met een reisvirus.”
Dat virus kent nog een andere bron. Een klein koffertje dat hij als jongetje vindt bij zijn grootmoeder. Met vergeelde zwartwit foto’s van zijn opa en oma die woonden in Indonesië, waar zijn grootvader als manager op een plantage werkte. “Ik was nog heel jong, en bleef naar dat koffertje terugkeren.” Wat hij op die foto’s ziet, wil hij ook. “Wonen en werken in een fabriek in het buitenland. Maakte niet uit waar, liefst ver weg.”
Hij studeert Werktuigbouwkunde aan de TU in Delft. Die studie lijkt een logische stap. Al jong is hij een fervent sleutelaar. “Brommertjes uit elkaar slopen en weer in elkaar zetten”. Na zijn studie wordt De Jong productiemanager bij de Philips gloeilampenfabriek in Weert waar hij eerder als trainee lampen leert maken. Dat voelt wel even vreemd. Eerder stond hij in de hal als trainee te produceren, nu staat hij daar leiding te geven. Zijn collega’s hebben hem dan ook goed uitgeprobeerd. “Wat wil je,” zegt hij, “ik was pas 27.” Kennelijk geloven ze bij Philips in hem. “Ze gooiden me in het diepe en zagen wel wat er gebeurde. Zo’n uitdaging sprak mij wel aan.”
Ineens waant hij zich in de voetsporen van zijn opa. Vanuit Hongkong wordt hij als regiomanager verantwoordelijk voor de productstrategie en marktontwikkeling in India, China en de ASEAN regio voor autolampen, met in China en Korea twee fabrieken. “Chinezen kenden onze gloeilampen en röntgenbuizen nog uit de tijd van voor de Culturele Revolutie. Het Philips merk was dus al bekend, dat hielp enorm.”
In ‘zijn’ Chinese fabriek produceren ze gewone- en halogeenlampen, voor auto’s en brommers. De plant staat in Songzi (800.000 inwoners), echt in the middle of nowhere, aan de Yangtze-rivier in de provincie Hubei. Op vier uur rijden van Wuhan, en dat is weer ruim twee uur vliegen van Hongkong. Pionieren is het. “We hadden grote operationele uitdagingen, maar ook organisatorische. Iedereen uit het dorp liep maar in en uit. Ik wist niet wie wat aan het doen was”. Hij komt erachter dat ze in China, en dan met name lokale bestuurders, vooral gevoelig zijn voor heel duidelijke taal. Soms moet hij dreigen de fabriek stil te leggen, en ja, dat wilden diezelfde bestuurders natuurlijk niet. De bewoners verdienen hun geld met landbouw. Er staat een lokale rijstwijn brouwerij en de Philips fabriek met 1200 medewerkers. “Mijn tijd in China behoorde ook cultureel tot een van de meest boeiende periodes in mijn loopbaan. Het was weer een sprong in het diepe.”
In 2001 keert De Jong terug naar Nederland als Global Marketing & Sales Manager Automotive. De oudste van zijn vier kinderen moet naar de middelbare school, en ja, dat liever in Nederland. Een paar jaar later staat er CEO Lighting Systems & Controls en Automotive Lighting op zijn kaartje. Hij blijft aldus als geen ander verbonden aan de wortels van Philips: verlichting. De toekomstige strategie van Philips wordt na 2000 steeds meer onderwerp van gesprek. Door prijsconcurrentie uit Korea en China komt de afdeling Consumenten Elektronica (CE) flink onder druk. Van beeldbuizen en later platte schermen tot semiconductors en lasercomponenten: het bedrijf maakt alles in eigen huis. Aan de andere kant ziet Philips veel toekomst in Healthcare. Besloten wordt daarom de divisie CE en Components af te bouwen en te verkopen. De Jong: “De opbrengsten investeerden we voor een groot deel in acquisities in Healthcare en Lighting”. Zonder dat de buitenwereld er erg in heeft, groeien die twee met een factor drie. “De totale omzet daalt weliswaar vanwege de omvang van CE, maar hiermee leggen we als Philips een veel sterkere, en duurzame, basis voor de toekomst”. Dat blijkt tijdens de crisis in 2008. “We hadden onze weerbaarheid vergroot. De omzet van Healthcare besloeg over heel 2009 een derde van het totaal: Consumer Lifestyle en Lighting verdeelden de rest.”
Met die focus op gezondheid speelt Philips in op een drietal belangrijke trends: vergrijzing (“tot 2050 zal het aantal 60+’ers verdubbelen”), de groei van chronische ziekten en welvaartskwalen en de groei van de middenklassen in Azië. De Jong: “In het boek Homo Deus van Harari staat dat er vandaag meer mensen sterven door overvoeding dan door ondervoeding.” Mensen moeten dus meer de regie over hun gezondheid nemen. Dat kán straks ook, zegt hij. “Over een paar jaar is het heel gewoon dat je met behulp van verschillende digitale hulpmiddelen zelf je gezondheidsdata analyseert. Wij kunnen daarbij helpen. Met connected zorgtechnologie. Van preventieve zorg en diagnose tot behandeling en herstel in huis. Dit maakt de zorg effectiever en efficiënter.”
Mensen gaan Philips dan ook nog vaker tegenkomen. Niet alleen in ziekenhuizen, maar ook met producten en diensten voor de thuiszorg. Bovendien, benadrukt De Jong, gezondheid is niet alleen een aandachtsgebied voor de divisie Healthcare: “Bij Personal Health ligt de nadruk ook op gezondheid en welzijn.” Vanwege die groeiende nadruk op Health Care is het niet vreemd dat Philips in 2015 besluit de divisie Lighting te verzelfstandigen. Hoe moeilijk wellicht ook, de geschiedenis van het bedrijf indachtig. Zakelijk: “In dit digitale tijdperk is het van groot belang keuzes te maken. De condities om te overleven zijn ook voor Philips: focus, snel beslissen en investeren. Gezien de beperkte synergie tussen Healthcare en Lighting hebben we besloten dat ze als zelfstandig beursgenoteerde bedrijven doorgaan. Voor beide een betere basis voor de toekomst”.
Wat is precies de rol van Philips in ons land, sinds het volledig op de gezondheidstechnologietour is gegaan? De Jong toont een kaart. Van de 77.000 werknemers wereldwijd (Philips zit in 100 landen) werken er 11.000 in Nederland, waarvan het overgrote deel (8.500) in de regio Eindhoven. In Amsterdam staat het internationale hoofdkantoor. “In Brainport Eindhoven doen we onder andere onderzoek voor innovatie in klinieken, software en hoogtechnologische systemen zoals MRI- & CT-scanners en röntgen, maar ook Kunstmatige Intelligentie.”
Hij wijst op Best (“daar ontwikkelen en produceren ze scanners en hybride operatiekamers”) en Ede (“daar programmeren ze software voor uitwisseling patiënten data en e-health applicaties”). In Drachten staat een zeer geavanceerde fabriek waar ze scheerapparaten maken. “De twee Nederlandse productievestigingen in Best en Drachten behoren tot de grootste van Philips, die in Best is zelfs de grootste wereldwijd.” De Jong wil maar zeggen: de maakindustrie in ons land heeft de toekomst. “Maken doe je vandaag samen. Tientallen bedrijven produceren in een keten allemaal een onderdeel voor het eindproduct bij Philips in Best.”
Nederland is voor Philips van vitaal belang en vice versa. De Jong: “We geven een groot deel van ons R&D-budget uit in ons land: ruim 700 miljoen van de 1,76 miljard euro. Vrijwel alle ontwikkelingen doen we in samenwerking met grote- en academische ziekenhuizen, universiteiten, en startups. In 2018 leidde dit tot 1.617 patentaanvragen bij het European Patent Office waarvan het overgrote deel gericht op ‘medische technologie’. Daarmee zijn we koploper. Daarom is het zo belangrijk dat we in ons land voldoende technische en data sciencestudenten blijven opleiden”.
Van een instituut gedomineerd door consumentenelektronica naar een internationale speler gericht op de gezondheidstechnologie. Volgens De Jong een logische ontwikkeling: “Je moet als bedrijf goed kijken naar je omgeving. Welke waarde kun je daaraan toevoegen. Neemt die af of is die verdwenen? Dan moet je handelen en keuzes maken.” Dat is wat ze bij Philips hebben gedaan met de focus op healthcare en well-being. Hij weet: het Pico of Wisp apneumasker, ja, dat oogt flink minder sexy dan een blender of andere keukenmachine. Net zoals het Affinity 70 echocardiografisch systeem met hoogwaardige ultrasound of de Vereos PET/CT scanner niet direct tot de verbeelding zal spreken van veel mensen buiten het ziekenhuis. Sterker, buiten Eindhoven weten veel Nederlanders niet eens waar Philips tegenwoordig zijn geld mee verdient. “Daarom moeten we vertellen wat wij toevoegen aan de maatschappij. Dat we het leven van mensen willen verbeteren. Kwalitatief hoogwaardige en betaalbare zorg is een van de grootste uitdagingen van deze tijd.”
Hij zegt het zelf in een YouTube-filmpje: ‘Improving people’s lives with meaningful innovations.’ (Zie link onder de tekst.) “We willen in 2025 het leven verbeteren van drie miljard mensen. Waarvan 300 miljoen door hen toegang te bieden tot zorg. Veel mensen in opkomende landen hebben dat nog niet”, vertelt De Jong. “We verbinden onze toekomst aan het succesvol bijdragen aan gezondheid en gezondheidzorg wereldwijd. We streven daarbij ook nadrukkelijk maatschappelijke winst na. Om te kunnen investeren in nieuwe projecten en producten, maar ook om een maatschappelijke bijdrage te leveren. Tegenwoordig noem je dat een ‘purpose’ gedreven bedrijf. Want maatschappelijke betrokkenheid zit in ons DNA. Alles wat we doen, staat in het teken om levens van mensen te verbeteren door middel van betekenisvolle innovatie.”
In samenwerking met een aantal toonaangevende ziekenhuizen over de hele wereld ontwikkelde Philips de Azurion, een innovatief platform voor beeldgeleide chirurgische behandelingen. De chirurg heeft hiermee zowel live beelden van de operatie als patiëntinformatie tot zijn beschikking, op zowel een tablet als een groot scherm in de operatiekamer. De Jong: “Azurion maakt behandelingen mogelijk waarbij de specialist nauwelijks hoeft te snijden, slechts een sneetje van 4mm in de pols of lies bijvoorbeeld om instrumenten naar binnen te brengen. Op het scherm kan de cardioloog dan verder alles volgen en de operatie uitvoeren.”
Eigenlijk was het toeval dat tabakshandelaar Frederik Philips en zijn zoon Gerard (werktuigbouwkundig ingenieur) in 1891 in Eindhoven een gloeilampenfabriek begonnen. Beiden woonden in Zaltbommel. Maar in Eindhoven konden ze voor weinig geld een ruimte kopen. Het bedrijf zou uitgroeien tot een multinational die in de stad met eigen wijken, scholen, verenigingen en een ontspanningscentrum alomtegenwoordig was. Het vermaarde onderzoekslab (NatLab) kreeg met de High Tech Campus, de eerste open innovatiecampus van ons land, een waardig opvolger. Nog steeds is Philips een grote motor onder de Brabantse economie. In de gloeilampenfabriek waar het allemaal begon, zit vandaag het Philips Museum.
Met één druk op de knop kopieer je gratis de volledige tekst van dit verhaal